Ons team aan het woord over de AVG: Beginselen inzake verwerking van persoonsgegevens
De AVG staat centraal in het werk van ons team. Dit betekent dat we er iedere dag mee werken, de teksten analyseren, de verplichtingen willen doorgronden en deze met name willen vertalen naar praktische handvatten voor onze klanten. Met welk artikel werken onze collega’s het liefst? Hoe helpen we onze klanten om het artikel te implementeren? In deze blogreeks is ons team aan het woord, elk over één artikel in het bijzonder.
Vandaag staat de blogreeks in het kader van de beginselen van de verwerking van persoonsgegevens. De AVG is gebaseerd op een aantal algemene beginselen die je als organisatie moet waarborgen wanneer persoonsgegevens worden verwerkt. Denk bijvoorbeeld aan het beginsel van ‘minimale gegevensverwerking’, zodat je er altijd voor moet zorgen dat je niet meer gegevens verwerkt dan noodzakelijk is voor het doel.
Laurens
Laurens schrijft over één van deze beginselen, namelijk het beginsel dat de verwerking ten aanzien van de betrokkene altijd ‘rechtmatig, behoorlijk en transparant’ is:
“Interessant aan artikel 5 lid 1 sub a vind ik dat het in relatief eenvoudige tekst precies aangeeft waar het uiteindelijk om gaat (of: zou moeten gaan): het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer. De beginselen hebben niet alleen een zelfstandige betekenis als norm, maar spelen ook een rol in de interpretatie van andere bepalingen in de AVG over rechten en plichten. De werking gaat dus ver. Tegelijk is een term als ‘transparant’ niet eenvoudig om in de praktijk toe te passen. Je moet inzichtelijk maken in hoeverre en op welke manier je persoonsgegevens verwerkt. En je communicatie moet eenvoudig toegankelijk en begrijpelijk zijn. Dat is niet eenvoudig te combineren – dat vereist echte aandacht en betrokkenheid binnen een organisatie, net als de zorg voor privacy en gegevensbescherming als geheel.”
Sjoera
Deze beginselen zijn niet nieuw, want ook andere (oude) wetgeving op het gebied van privacy is al gebaseerd op deze beginselen. Wat wel nieuw is in de AVG is het beginsel van ‘verantwoordingsplicht’. Over dit beginsel schrijft Sjoera:
“Artikel 5 lid 2 van de AVG draait de bewijslast om. Elke organisatie die verantwoordelijk is voor de verwerking van persoonsgegevens moet kunnen bewijzen dat zij aan de principes van de wet voldoet. Het gaat om beginselen zoals doelbinding, dataminimalisatie en transparantie. En die omkering is belangrijk voor de Autoriteit Persoonsgegevens én voor goedwillende organisaties. Zonder deze omkering van de bewijslast zouden kwaadwillende organisaties (die bewust de wet overtreden) elke handhaving kunnen frustreren door medewerking te weigeren. Om oneerlijke concurrentie te voorkomen is het in ieders belang dat de toezichthouder handhavend gaat optreden tegen de grootste overtreders.”
Nieuwsgierig naar welke andere onderdelen uit de AVG onze collega’s gaan vertellen? Morgen – op 24 juli tijdens het middaguur – vertellen Jill en Simone over de rechtmatigheid en transparantie van de verwerking!